We maken grote beslissingen die het leven verkleinen. Buiten is het stil, iedereen lijkt ver weg. Binnen zoeken we onze weg in de dagen, verdelen de ruimte, zetten de ramen open. We leren nieuwe dingen, in welke landen cacaobomen groeien, over mieren en hun voelsprieten en er is een liedje over de tafel van acht. We maken plannen om taarten te bakken, onmogelijke puzzels te maken, muren te verven. We zitten in de tuin of kijken naar buiten.
De lucht is licht en blauw, de zon kruipt iedere dag wat hoger en wijst voorzichtig de weg naar de zomer waar we nu al naar verlangen. De magnolia bloeit, de boom in de achtertuin is bijna roze. Op de stoep voor het huis waait nog wat confetti van twee jarige lentemeisjes.
Ze waren jariger dan ooit: binnen ballonnen, slingers, rode wangen en hele blije blauwe ogen. Buiten werd er in de vroege ochtendkou op de stoep voor ze gezongen, vlaggetjes op het raam geplakt, twee dagen lang lagen er steeds weer cadeautjes voor de deur, de brievenbus klepperde, vrolijke post met lieve woorden, de juffen en meesters zongen lang zal ze leven via een filmpje, zo veel berichtjes, we kregen bloemen en de allermooiste zelfgebakken taart.
De slingers laten we nog even hangen. Buiten is het stil. Maar iedereen voelt dichterbij dan ooit.
0 reacties