Onderweg. Plaatsnamen flitsen als herinneringen voorbij. Herinneringen aan zomers van lang geleden, vakanties als deze, geen school, geen werk, geen tijd. Vakanties met z’n zessen waarin ik met mijn zussen speelde, steentjes keilde in riviertjes achter de tent, eindeloze zomerdagen waarin Orangina en Hollywoodkauwgom nog exotisch waren.
De namen op de borden langs de weg zijn klanken uit het verleden, ik denk aan de yoghurtjes, Madeleines, espadrilles, stokbrood met Nutella en croissantjes in vloeipapier. Aan de wandelingen die altijd te lang leken te duren, de plak ham op de barbecue en de boekenkoffer waaruit we buiten lazen tot het te donker werd. Ik zie de vlaggetjes bij de tent en de taart van de patissier die ik mocht uitzoeken voor mijn verjaardag. De borden onderweg zingen over mooie zomers allang voorbij.
Onderweg. Op de achterbank zitten zusjes en in de achterbak liggen yoghurtjes, Madeleines, stokbrood en croissantjes gewikkeld in vloeipapier. We hebben boeken genoeg en morgen maken we een wandeling die vast net iets te lang duurt. De Franse plaatsnamen zingen over mooie zomers die zich herhalen.
Een heel mooi stukje, Saar.